Surrealiste met pen en kwast

Over Leonora Carrington (1917 – 2011)

Door: Ruud Vermeer

Op een dag loop ik tegen half een ’s middags in een bepaalde buurt rond en kom een paard tegen dat me staande houdt. ‘Kom mee,’ zegt het, ‘juist aan u wil ik iets laten zien.’

Het is het begin van Het huis van angst, het eerst gepubliceerde verhaal van de Engelse kunstenares en schrijfster Leonora Carrington. Ze werd beroemd als één van de weinige vrouwelijke surrealisten. Haar omvangrijke oeuvre is over de hele wereld in musea te zien en is opgenomen in diverse particuliere verzamelingen.

Carrington werd geboren op 6 april 1917, de dag dat de Verenigde Staten de oorlog verklaarde aan Duitsland, in Clayton Green, een Engels gehucht. Haar vader was een rijke textielfabrikant die maatschappelijk carrière wilde maken. Leonora kreeg een streng katholieke opvoeding waar ze al vroeg tegen in opstand kwam.

Op negenjarige leeftijd moest ze naar een katholiek internaat. De nonnen waren ontdaan doordat ze in staat was om zowel links als rechts te schrijven en met links ook nog eens in spiegelbeeld. Daarbij kwam dat ze veel liever zat te tekenen, dan te studeren. De nonnen stuurden haar van school vanwege ‘verstandelijke beperkingen’. Ze had verkondigd dat ze ‘heilig’ wilde worden en wonderen wilde verrichten. Levitatie leek haar ook wel wat.

Na een tweede schooldebacle besloot de familie haar naar Italië te sturen. Ze werd ondergebracht bij een Engelse kostschool in Florence. Daar leerde ze veel over de Renaissancekunst en met name over fresco’s. Een kennis die ze later op allerlei manieren kon gebruiken.

Bij terugkeer in Engeland in 1934, kon ze als huwbare dochter van een rijk industrieel worden klaargestoomd voor de presentatie aan het hof. Leonora werd overal geshowd en nam deel aan allerlei ‘bals’. Ze werd ook uitgenodigd voor de Royal Garden Party in Buckingham Palace.

Het zegt wat over de wilskracht van Leonora dat ze zich tegen deze grote sociale druk teweer stelde. Ze wilde niets anders dan tekenen en schilderen. Uiteindelijk na twee jaar gaven haar ouders het verzet op. Ze mocht zich inschrijven bij een academie in Londen, maar ze gaven haar zo weinig geld dat ze het in hun ogen wel snel zou opgeven. Niets bleek echter minder waar. Leonora bleek hard en gedisciplineerd te kunnen werken.

Max Ernst

Leonora genoot van de vrijheid en leerde er veel nieuwe mensen kennen. Ze ging naar exposities en zoog als een spons alle nieuwe kunstuitingen op. Eén daarvan was een internationale tentoonstelling van surrealistische kunst in 1936. Omdat ze erg onder de indruk was van het werk van Max Ernst leek het een buitenkans toen er in het jaar erop een solotentoonstelling van zijn werk in Londen was te zien. Ze kwam in contact met hem door bemiddeling van een vriend.

Het duurde niet lang voordat ze verliefd werden op elkaar. Ze vertelde later dat het begon met een glas schuimend bier. Toen het dreigde over te lopen, stak Max zijn vinger erin, om het schuim niet over te laten stromen. Hij was weliswaar 27 jaar ouder, maar dat leek er totaal niet toe te doen.

Leonora volgde Max Ernst naar Parijs, waar ze echter geconfronteerd werd met de jaloezie van de vrouw van Max. Het was een ongemakkelijke situatie die Max en zij ontvluchtten door uit te wijken naar Saint-Martin d’Ardeche, een klein idyllisch plaatsje in het zuiden van Frankrijk waar ze twee jaar lang verbleven. Het was een typisch kunstenaarsstel. Ze werkten er beiden niet alleen aan schilderijen, maar vervaardigden allerlei objecten die ze in en rond het huis neerzetten.

In 1938 verscheen haar eerste verhaal La maison de la Peur met een voorwoord van Ernst. Hierop volgde in het jaar erna een verhalenbundel: La dame ovale. Eén van de verhalen daarin, La débutante, was een surrealistische parodie op haar eigen optreden. De ik-figuur laat zich tijdens het bal vervangen door een vrouwtjeshyena die het afgerukte gezicht van een dienstmeisje draagt.

Zenuwinzinking

In september 1939, bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog werd Max Ernst als Duitser geïnterneerd. Leonora bleef alleen achter in Saint-Martin. Maar dankzij Franse vrienden duurde dat niet lang en kon Max terug keren. Ondanks de dreiging maakten ze geen haast om weg te komen. In mei 1940, toen het Duitse offensief in het westen begon, werd Ernst weer opgepakt. Het ging daardoor al snel niet goed met haar. Ze kreeg een zenuwinzinking en vrienden die op bezoek kwamen, vonden het beter om haar mee te nemen naar Spanje. Door bemiddeling van haar familie kwam ze in een psychiatrische inrichting in Santander terecht. De diagnose was dat ze psychotisch was en men diende haar Cardiazol toe, een middel dat dezelfde spasmen opwekt als een elektroshock. Het was een afschuwelijke ervaring. Toen Ernst terugkwam van gevangenschap was Leonora verdwenen en moest hij zorgen om samen met hun kunstwerken weg te komen. Dat lukte door de hulp van Peggy Guggenheim. Met haar vertrok hij naar de V.S..

Haar vader, die zakelijke belangen had in Spanje, wilde haar over laten brengen naar Zuid-Afrika. Onder begeleiding van een verpleegster van de inrichting werd ze naar Lissabon gebracht. Onderweg in Madrid kwam ze Renato Leduc, een oude vriend, tegen met wie ze in Lissabon afsprak. Daar ontsnapte ze aan haar toezicht en zocht Leduc op in de Mexicaanse ambassade waar hij werkte.

Ze haalde hem over haar mee te nemen naar Mexico, maar om dat officieel te regelen bleek enorm lang te duren. Daarom besloten Renato en zij in 1941 tot een schijnhuwelijk. Ze slaagden erin om weg te komen op een schip dat hen eerst naar de VS zou brengen.

Zo kwamen ze in december 1941 in New York aan. Net nog voordat de VS zelf ook betrokken raakte bij de oorlog. Het leek wel een soort reünie van allemaal ‘bannelingen’, waaronder André Breton, Marcel Duchamp en Piet Mondriaan.  

Leonora kwam er veel van haar kunstenaarsvrienden tegen. Ze kon er weer aan het werk. Ook kwam ze er Max Ernst weer tegen, maar de verhouding was definitief voorbij.

Mexico

In 1942 vertrokken Leonora en Renato tenslotte toch naar Mexico-stad. Daar bleef ze de rest van haar leven wonen. In de jaren erna werd het gelegenheidshuwelijk ontbonden en werd Leonora verliefd op Emerico ‘Chiki’ Weisz waar ze mee trouwde. Hij was een Hongaarse jood die door half Europa was gevlucht om tenslotte vanuit Casablanca op een Portugees schip te kunnen ontsnappen. Met hem kreeg ze twee kinderen.

Ze schreef er Down There, een verslag over haar opsluiting in de psychiatrische kliniek en haar ontsnapping. Het is een typisch verhaal over haar grote geestelijke verwarring. Het verschilt radicaal van haar andere meer literaire werk in die zin dat het een pijnlijk autobiografisch verslag is.

In Mexico-stad leerde ze veel nieuwe mensen kennen. Ze ontmoette er onder andere Diego Rivera en Frida Kahlo. Ze raakte bevriend met Remedios Varo (1908 – 1963), een van Mexico ’s beroemdste surrealistische kunstenaressen, en met kunstfotografe Kati Horna (1912 – 2000). In een hechte vriendschap beïnvloedden ze elkaar.

Eind jaren veertig werd Leonora’s kunst meer en meer bekend. Er werd steeds vaker over haar geschreven, onder andere in Europese kunsttijdschriften. In 1948 kon ze 27 schilderijen tentoonstellen in de Pierre Matisse Gallery in New York. Het maakte haar in één keer beroemd. Langzamerhand kon ze gaan leven van de opbrengsten van haar kunst. Ze bleef ook schrijven en publiceerde onder andere de korte romans The Hearing Trumpet en The Stone Door.

In de jaren zestig verbleef ze een tijd in de VS waar ze betrokken raakte bij de vrouwenbeweging. Hierdoor kreeg ze veel publiciteit en dat maakte ook dat haar schilderijen steeds populairder werden.

Aan begin van de jaren tachtig kreeg ze problemen met haar gezondheid en keerde ze definitief terug naar Mexico-stad. Daar bleef ze werken tot haar dood op 25 mei 2011. Ze had nog net mee mogen maken dat er in het jaar ervoor in haar geboorteland, in Chichester’s Pallant House Gallery, West Sussex na lange tijd een grote overzichtsexpositie van haar werk was te zien.

Een eerdere versie van dit artikel stond in Pandora, rijdschrift voor kunst & Literatuur, jaargang 6, no 6, 2016

Terug naar boven